Automatisering prima, maar blijf op de mensenrechten letten

13/10/20

Transitie naar automatisering vraagt om goede begeleiding en actieve rol van beleggers

Technologische innovaties volgen elkaar steeds sneller op. Dit heeft gevolgen niet alleen voor bedrijven en werkgelegenheid, maar ook voor mensenrechten. Volgens Anna Bulzomi en Bastiaan Starink van PwC bieden technologie en automatisering een kans om werk en werkgelegenheid beter te maken. Maar de transitie naar automatisering vraagt wel om een goede begeleiding. Het wordt dan ook tijd dat beleggers dit meenemen in hun ESG-risicobeoordeling.

De wereld van werk is altijd al in beweging geweest. Banen komen en gaan. Dat is niet nieuw; de doorverbinder van de PTT is al decennia geleden weg geautomatiseerd. Maar de snelheid van verandering is nu wel hoger dan ooit tevoren. Wat staat ons nog te wachten?

Hoe ziet ons werk er in de toekomst uit?

Als we het hebben over nieuwe en opkomende technologieën – of dat nu gaat om kunstmatige intelligentie (AI), het ‘internet of things’, cloudcomputing of automatisering –, roept dat vaak ook de vraag op hoe ons werk er in de toekomst zal uitzien. Wat voor een effect heeft de technologische vooruitgang op de arbeidsmarkt, welke banen blijven er voor mensen over? Belangrijke vragen die essentieel zijn voor een goede, gezonde samenleving en zijn vastgelegd in nummer 8 van de sustainable development goals: ‘bevorderen van aanhoudende, inclusieve en duurzame economische groei, volledige en productieve werkgelegenheid en waardig werk voor iedereen’.

Vooral lager opgeleiden zijn het meest de dupe

Hoeveel banen er nu werkelijk verloren zullen gaan door automatisering is een omstreden onderwerp, maar duidelijk is in elk geval dat het toenemende gebruik van geavanceerde robotica en AI aanzienlijke gevolgen heeft voor werknemers, lonen en mensenrechten. Onderzoek van McKinsey lijkt erop te wijzen dat de helft van de activiteiten die mensen momenteel als betaald werk doen, in principe kan worden geautomatiseerd. Dit zou gelijk staan aan bijna vijftien biljoen dollar aan loon. Hierbij gaat het niet alleen om fysieke activiteiten in een voorspelbare omgeving, maar ook om gegevensverzameling en gegevensverwerking. Het risico is dat vooral  lager opgeleiden het meest de dupe zijn, maar ook hoger opgeleiden zullen voor het eerst absoluut de gevolgen van de automatisering ondervinden. Dit kan een negatieve invloed hebben op de arbeidsomstandigheden en woonsituatie van onder andere minderheden en kwetsbare bevolkingsgroepen.

Slechtere arbeidsvoorwaarden en lagere lonen

Uit hetzelfde onderzoek blijkt dat in de Verenigde Staten Afro-Amerikaanse werknemers in vergelijking met andere bevolkingsgroepen harder getroffen worden door automatisering, omdat ze oververtegenwoordigd zijn in functies in de foodservice, in fabriekswerk en bij gegevensinvoer. In ontwikkelingslanden lijkt de situatie niet veel beter. Uit onderzoek blijkt dat meer dan de helft van alle productiemedewerkers in Cambodja, Indonesië, de Filipijnen, Thailand en Vietnam hun baan verliezen door de verdergaande automatisering. En de overgrote meerderheid van de productiemedewerkers in deze landen bestaat uit vrouwen. Als er minder vrouwen een baan hebben, zal het voor deze landen moeilijker worden om SDG 5 (gendergelijkheid) te bereiken. Bovendien kunnen deze vrouwen terechtkomen in de informele arbeidsmarkt, waar ze te maken krijgen met slechtere arbeidsvoorwaarden en lagere lonen. De arbeidsrechten van deze vrouwen zullen vaker geschonden worden en de armoede onder hen zal toenemen, waardoor dus ook SDG 8 niet wordt gehaald.

Bedrijven zijn verantwoordelijk voor fatsoenlijk werk

Volgens de Verenigde Naties hebben bedrijven de verantwoordelijkheid om negatieve gevolgen voor de mensenrechten, zoals schendingen van het recht op fatsoenlijk werk, te voorkomen. Mochten die zich toch voordoen, dan is het hun verantwoordelijkheid om ze aan te pakken. Bedrijven die in toenemende mate gebruikmaken van automatisering, kunnen de negatieve gevolgen voor de werknemers beperken door te investeren in het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden, zodat ze uitzicht blijven houden op werk. 

De vaardigheden van de nabije toekomst

Het leveren van een waardevolle en betaalde bijdrage aan de maatschappij is voor veel mensen heel belangrijk. Dat betekent dat er een groot belang is voor de samenleving om deze bijdrage te behouden. De vraag is: waar kan de mens ook in de toekomst het beste zijn bijdrage leveren?

Verschuiving van vaardigheden

Onderzoek van PwC toont aan dat juist de competenties waarmee mensen zich onderscheiden van de machine – zoals flexibiliteit, creativiteit, samenwerkingsvermogen en adaptief vermogen – waarde blijven toevoegen in een wereld met vergaande automatisering. Dat houdt in dat het voor de mens belangrijk is om deze competenties verder te ontwikkelen.

Voldoende technologische kennis cruciaal

Naast het behouden en ontwikkelen van deze onderscheidende competenties is het cruciaal om voldoende technologische kennis en vaardigheden te hebben om de samenwerking tussen mens en machine vruchtbaar te maken. Het kunnen begrijpen en interpreteren van hetgeen door machines wordt voortgebracht, is essentieel om mee te kunnen draaien. CEO’s over de hele wereld geven aan dat de huidige digitale kennis en vaardigheden van hun personeel onvoldoende zijn en dat dit gemis alleen maar groter wordt door het tempo waarin technologische veranderingen plaatsvinden. Het is zaak om daar op maat gemaakte aandacht aan te besteden, zodat iedereen de noodzakelijke kennis en vaardigheden opdoet om effectief en onderscheidend te kunnen zijn.

Vermogensbeheerders kunnen invloed uitoefenen

Ook beleggers spelen hierbij een rol, namelijk door de mensenrechtenrisico’s in verband met automatisering in kaart te brengen in de bedrijfstakken en landen waar de risico’s aanzienlijk kunnen zijn. De standaard ESG-risicoanalyse (environmental, social, governance) die nu door veel Nederlandse financiële instellingen wordt uitgevoerd, kijkt vanuit een zeer beperkt perspectief naar mensenrechten en werk. De standaard is vooral gericht op de toeleveringsketen en de offshoring van banen naar ontwikkelingslanden. Een aantal financiële instellingen die de lat wat hoger leggen, gaan een andere grote uitdaging op het gebied van mensenrechten aanpakken: de opkomst van ‘platform gigs’, die de traditionele werkgelegenheid en arbeidsverhoudingen uithollen (zoals Uber).

Rekening houden met de impact op mensenrechten

Uiteindelijk bieden technologie en automatisering een kans om werk en werkgelegenheid beter te maken. Maar als de transitie naar automatisering niet goed wordt begeleid en er onvoldoende rekening wordt gehouden met de impact op mensenrechten, lopen we het risico dat automatisering een bedreiging voor de werkgelegenheid (en mensenrechten en arbeidsrechten) gaat vormen. Het wordt dan ook tijd dat beleggers dit meenemen in hun ESG-risicobeoordeling.

Deze blog is ook te lezen in de duurzaamheidsspecial van Spotlight, hét vaktechnisch magazine over accountancy.

ESG is topprioriteit voor vermogensbeheerders

Vermogensbeheerders moeten hard aan de slag om in alle facetten van hun werk te gaan voldoen aan de ESG-criteria (environment, social, governance). Uit een wereldwijd onderzoek van PwC onder beleggers komt ESG naar voren als een topprioriteit.

Lees meer >

Contact

Bastiaan Starink

Bastiaan Starink

Partner, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)65 375 58 28

Anna Bulzomi

Anna Bulzomi

Senior Manager, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)63 034 47 94

Volg ons