Op Prinsjesdag heeft het kabinet de Rijksbegroting voor 2023 aan de Tweede Kamer aangeboden. Hieronder leest u per ministerie de kernpunten van de begroting.
Richard Goldstein, voorzitter Publieke Sector PwC, gaat in op de uitdagingen voor de regering en de publieke sector.
Hoofdeconoom Jan -Willem Velthuijsen denkt dat de tijd van lage inflatie voorlopig niet terugkomt.
In de Rijksbegroting voor 2023 is € 11,7 miljard voor het ministerie van Financiën (excl. Nationale Schuld) begroot. Dit is € 3,5 miljard meer dan in de begroting van 2022, waar € 8,2 miljard werd opgenomen.
In 2022 en 2023 blijft de staatsschuld ondanks omvangrijke investeringen stabiel met resp. 49.6% en 48,8% bbp. Deze daling van de staatsschuld is het gevolg van het ‘noemereffect’ dat veroorzaakt wordt door een stijging van het bbp als gevolg van extra gasbaten. Overigens zorgt de hoge inflatie ook voor hogere rentelasten als gevolg van stijgende rentestanden (van -0,3% in 2021 tot 1,6% in 2023). Deze komen ten laste van het begrotingssaldo.
Het begrotingssaldo zal in 2023 oplopen tot -2,5%, daar waar dit in 2022 nog -1.1% bedroeg. De verslechtering van dit saldo komt voornamelijk door de koopkrachtreparatie dat de regering heeft aangekondigd tegen de oplopende inflatie. Naast de stijgende kosten
De overheid heeft ervoor gekozen om het koopkrachtverlies van 6.8% in 2022 deels te repareren via het belastingplan voor 2023. De € 17,2 miljard dient de lage en middeninkomens te ondersteunen via een verhoging van de arbeidskorting en verlaging van het inkomstenbelastingtarief in de eerste schijf. Tegelijkertijd zal de vennootschapsbelasting over winst verhoogd worden en zal de zelfstandigenaftrek versneld afgebouwd worden. Meer gedetailleerde informatie over deze plannen leest u op de webpagina van PwC over het Belastingplan 2023.
Als aandeelhouder van Gasunie, Tennet, Havenbedrijf Rotterdam en InvestNL speelt het Ministerie van Financiën een belangrijke rol in de verduurzaming van de operationele activiteiten van deze bedrijven. Dit stelt de staatsdeelnemingen in staat een belangrijke rol te spelen in de energietransitie. Zo’n € 750 miljoen is beschikbaar gesteld aan Gasunie voor het ombouwen van het bestaande gasnet naar een waterstofnet. Daarnaast stelt het kabinet € 1.7 miljard beschikbaar voor InvestNL om te investeren in de CO2-neutrale en circulaire economie.
Naast de bovengenoemde ontwikkelingen zijn er enkele belangrijke beleidsmutaties gedaan.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Selwyn Moons
De geopolitieke instabiliteit aan de oostflank van Europa geven aanleiding tot een stijging van de defensiebegroting van € 12,7 miljard in 2022 naar € 15,2 miljard voor 2023. Nederland zal in 2023 naar verwachting 1,66% van het bruto binnenlands product uitgeven aan Defensie. Dit is nog steeds onder het Europees gemiddelde, maar het vooruitzicht van de 2%-norm blijft gehandhaafd voor 2024 en 2025. Met de toegevoegde budgetten wordt allereerst de basis gevechtskracht op orde gebracht, waarmee de personele en materiële gereedheid, inzetbaarheid en wendbaarheid wordt verhoogd. Voorts transformeert Defensie naar een moderne, technologisch hoogwaardige organisatie met een sneller reactievermogen en een groter aanpassingsvermogen.
De huidige veiligheidssituatie vereist een goed uitgeruste en goed ondersteunde krijgsmacht. Dit noopt tot versnelling en verhoging van investeringen in defensiecapaciteiten. Het kabinet investeert hierbij in de versterking van de slagkracht en het afschrikkingsvermogen, haar personeel, vastgoedportefeuille, materieel en IT om hoogwaardig technologisch, informatie gestuurd te kunnen optreden in het gevecht en het dagelijks werk. Nadruk wordt gelegd op samenwerking met partners binnen de EU en de NAVO in het optreden, maar ook op het vlak van verwerving en instandhouding van materieel. Hiermee wordt de positie van Defensie op de overbelaste defensiemarkt verbeterd, de interoperabiliteit vergroot en fragmentatie van materieel verminderd. Om de versnelling mogelijk te maken heeft Defensie een behoefte aan een wendbaarder voorzien-in proces en actualiseert in 2023 het Defensie Materieelkeuze Proces (DMP) in overleg met de Tweede Kamer. Ondanks het streven tot herstel en versnelling moet toch over 2022 en 2023 in totaal 881 miljoen Euro aan investeringskosten en instandhoudingskosten worden doorgeschoven naar latere begrotingsjaren omdat deze niet kunnen worden gerealiseerd.
Nederland zal zich richten op het versterken van die capaciteiten waarin Nederland een waardevolle bijdrage kan leveren aan de EU- en NAVO-bondgenootschap. De rol van Defensie van goed werkgever wordt na de recente arbeidsvoorwaarden verder versterkt met een nieuw personeelsmodel en een meer open houding naar de maatschappij en uitwisseling van personeel. Tot slot wordt een begin gemaakt met de omvangrijke transformatie naar een toekomstbestendige vastgoedportefeuille die de taakuitvoering optimaal ondersteunt, toekomstbestendig is, bijdraagt aan de werkbeleving, die duurzaam is en die waar mogelijk nog meer met de samenleving verbonden is dan voorheen.
De begroting volgt de zes belangrijkste maatregelen uit de in 2022 gepubliceerde defensienota. Er wordt de komende jaren gewerkt aan herstel en gebouwd aan een versterkte krijgsmacht van de toekomst door te innoveren en te verbeteren terwijl Defensie zich blijft inzetten voor de vrede en veiligheid.
Hierna lichten wij enkele van de beleidsspeerpunten van Defensie toe voor het begrotingsjaar 2023 en daarna.
De tekorten op de inzetvoorraden en gebrek aan operationele ondersteunings- en onderhoudscapaciteit worden weggewerkt om de gereedheid te verhogen en inzet langer vol te kunnen houden. Er wordt ingezet op meer vuursteun, meer inzetvoorraden (munitie, reservedelen, geneeskundige goederen), meer (o.a. geneeskundige) strategische transportcapaciteit en meer medische capaciteit. Hierbij krijgt de adaptieve krijgsmacht meer vorm door deels te steunen op capaciteiten van de civiele partners.
Defensie versterkt in 2023 haar rol in de nationale veiligheid. Hierdoor kan zij beter bijstand leveren, de vitale infrastructuur helpen beschermen en wordt de beschermingscapaciteit tegen chemische, biologische, radiologische en nucleaire dreigingen verder uitgebreid.
Defensie moet groeien in een krappe arbeidsmarkt, hiertoe vernieuwt zij haar personeelsmodel tot een meer open model met uitwisseling van personeel binnen en buiten Defensie. Zij vergroot haar zichtbaarheid in en interactie met de maatschappij om zo meer mensen te interesseren voor een carrière binnen de krijgsmacht, ook als (deeltijd) reservist. Het behoud van personeel wordt gestimuleerd met een nieuw loongebouw, maar ook door te investeren in de uitrusting, opleiding en werkomgeving.
Een andere manier om met de personeelsschaarste om te gaan is door bepaalde administratieve processen en (stuur)informatie arbeidsextensiever en werk interessanter te maken door betere benutting van robotica, kunstmatige intelligentie en automatisering (waaronder een SAP4HANA implementatie).
Defensie heeft als werkgever ook zorg voor haar (voormalige) medewerkers. Zij zet daartoe verder in op verbeterde veteranenzorg en een fysiek en sociaal veilige werkomgeving voor haar actief dienend personeel.
In 2023 wordt een begin gemaakt met de urgente transformatie tot een gereduceerde, betaalbare en toekomstbestendige vastgoedportefeuille. Hierbij wordt duurzaamheid, werkbeleving, trots en verbinding met de regio nagestreefd.
Defensie legt met haar dagelijkse operatie beslag op de schaarse ruimte in de lucht, op de grond en op de belasting van het milieu. Defensie heeft deze ruimte nodig om effectief te kunnen zijn. Dat vraagt om een inpassing van Defensie in de Nederlandse fysieke leefomgeving. Maar Defensie neemt tegelijk tal van maatregelen om haar (milieu) belasting te reduceren of te compenseren met oog voor behoud van haar effectiviteit. Denk hierbij aan energietransitie van materieel en verduurzaming als afweging binnen het voorzien-in proces van materieel en vastgoed.
De investeringsquote stijgt naar 26,2% van de begroting. Binnen het klassieke kinetisch optreden investeert Defensie hiermee in haar slagkracht door meer Pantser Houwitsers gereed te maken, fregatten en onderzeeboten te voorzien van langeafstandsraketten en munitievoorraden te verhogen. Defensie zet verder in op een versterking van het sturend vermogen (“commandovoering”) door te investeren in informatiegestuurd optreden en werken. Het Permanent Operationeel Hoofdkwartier wordt hiertoe opgericht en de IT-infrastructuur en communicatiemiddelen worden gemoderniseerd ter bevordering van de interoperabiliteit binnen Defensie en met haar (internationale) partners. Hiermee moet ook het vermogen groeien om gelijktijdig en gesynchroniseerd te kunnen optreden in meerdere domeinen in een hybride context.
Uitbreiding van de analyse- en verwerkingscapaciteit, toepassen van data science technieken en verbeterde informatiehuishouding versterken zowel de inlichtingenpositie, de commandovoering, de centrale besluitvorming, als de informatie archivering. Dergelijke technieken maken Defensie tegelijk transparanter in het kader van het Rijksbrede programma ‘Open op Orde’.
In het opkomende domein ruimte (“space”) zijn de inspanningen van Defensie gericht op het veiligstellen van communicatie en navigatie ondersteund vanuit de ruimte. Binnen het cyberdomein wordt het Defensie cyber commando versterkt en wordt verder geïnvesteerd in de digitale (offensieve) slagkracht, verdedigende of cyberbeschermingscapaciteiten en de cyberinlichtingenpositie. Defensiecapaciteiten worden ook uitgebreid om in het cyberdomein nationale (overheids)organisaties te ondersteunen.
Met deze begroting bouwt Defensie verder aan haar toekomst als technologie gedreven, informatiegestuurde krijgsmacht die een gewaardeerde positie inneemt binnen Nederland en haar EU- en NAVO-bondgenoten. Er wordt ingezet op innovatie en technologie om de hedendaagse problemen en dreigingen met haar bondgenoten het hoofd te bieden. De geopolitieke instabiliteit toont de noodzaak hiertoe aan. Maar de geopolitieke omstandigheden bemoeilijken tegelijkertijd, samen met de krappe arbeidsmarkt, het bouwen aan de krijgsmacht van de toekomst en vragen een alertheid en inzet van Defensie niet alleen morgen, maar ook vandaag.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Daniel de Jager
Daniel de Jager
Client Lead Partner voor het Ministerie van Defensie, PwC Netherlands
+31 (0)65 575 87 57
Op Prinsjesdag is de Rijksbegroting voor 2023 gepresenteerd, waarbij de zorguitgaven zijn begroot op € 103 miljard. Dit is maar liefst 6 miljard meer dan in 2022 en hiermee stijgen de zorgkosten voor het eerst uit boven de € 100 miljard. Belangrijke maatregelen om de kwaliteit van zorg te verbeteren en de zorg betaalbaar te houden zijn de afspraken uit het Integraal Zorgakkoord (IZA), het realiseren van toekomstbestendige ouderenzorg en inzetten op preventie om de mentale en fysieke gezondheid van Nederlanders te verbeteren.
Volksgezondheid is met de komst van het nieuwe Integraal Zorg Akkoord (IZA) afgelopen weken dagelijks in het nieuws geweest. Na een periode van onderhandeling is het IZA – met uitsluiting van de Landelijke Huisartsen Vereniging – afgelopen vrijdag eindelijk door alle betrokken organisaties ondertekend. Hiermee heeft het IZA een centrale rol in beleidsprioriteiten.
Nederland blijft de komende jaren meer uitgeven aan de zorg. Echter, om de zorg in de toekomst betaalbaar te houden wil het kabinet de groei van de uitgaven verlagen. In het IZA staat de ambitie om zorg voor iedereen kwalitatief goed, toegankelijk en betaalbaar te houden centraal. Om dit te realiseren wordt ingezet op de uitgangspunten van Passende Zorg, wat vraagt om fundamentele veranderingen in de Nederlandse gezondheidszorg. Om deze verandering te realiseren zijn afspraken gemaakt, inclusief budgettaire kaders waarbinnen de zorgkosten zich de komende jaren kunnen ontwikkelen. Het ministerie van VWS heeft hiervoor in samenwerking met betrokken zorgpartijen een werkagenda opgesteld.
Hierin staan de volgende thema’s centraal:
Aan de hand van de miljoenennota 2023 lichten we de belangrijkste punten van het Ministerie van VWS op de Rijksbegroting toe:
Bij ongewijzigd beleid zullen de zorguitgaven in de komende 40 jaar naar verwachting sneller groeien dan de economie.
Het kabinet zet volop in op een gezond, fit en veerkrachtig Nederland, waarin mensen minder snel ziek worden. Dit vraagt om een sterk preventiebeleid, waarbij een gezonde leefomgeving wordt gestimuleerd. Hiervoor maakt het kabinet € 90 miljoen vrij.
Als gevolg van de vergrijzing blijft het aantal ouderen stijgen. Veel ouderen willen echter zo lang mogelijk thuis blijven wonen en de regie blijven houden over hun eigen leven. Om te zorgen dat ouderen langer thuis kunnen blijven wonen met een betere kwaliteit van leven, stelt het Kabinet middelen beschikbaar om aan deze behoefte te kunnen voldoen.
Betrokken partijen in de jeugdzorg zijn het er unaniem over eens dat er flinke hervormingen nodig om te zorgen dan kinderen en gezinnen worden voorzien van de juiste zorg op de juiste plek, en om de houdbaarheid van het systeem te borgen.
COVID-19 heeft de afgelopen jaren aanzienlijke impact gehad op de bestedingen van het ministerie van VWS. Om een eventuele pandemie het hoofd te bieden wordt in 2023 € 208 miljoen vrijgemaakt voor pandemische paraatheid:
Momenteel staan de overheidsfinanciën er goed voor, maar voor de lange termijn noemt het kabinet de vergrijzing als grote onzekerheid.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Willeke Bakker
De totale begroting voor het ministerie van Justitie en Veiligheid komt voor 2023 neer op € 19,6 miljard. Dit is € 4,3 miljard hoger dan in de begroting van 2022, waar € 15,3 miljard werd opgenomen. Het kabinet investeert breed in het versterken van de rechtsstaat en in migratie.
Voortbouwend op het Coalitieakkoord zet het ministerie van Justitie en Veiligheid in op het versterken van de rechtsstaat om aanhoudende criminaliteit vanuit de georganiseerde misdaad en toenemende digitale dreigingen het hoofd te kunnen bieden.
Voor deze versterking wordt € 276 mln geïnvesteerd in de politieorganisaties. Een overgroot deel hiervan, € 176 mln, vloeit voort uit de motie-Hermans in tijden van het demissionair kabinet en ziet onder andere toe op politieonderwijs, ICT-voorzieningen, versterkte opsporing van de Landelijke Eenheid en politie in de wijk.
Verder wordt € 100 mln geïnvesteerd in de justitiële keten om met name het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak toekomstbestendig te maken. Ook wordt € 139 mln uitgetrokken voor de modernisering van het Wetboek van Strafvordering en gaat € 100 mln uit naar het voorkomen van jeugdcriminaliteit, het helpen van verwarde personen en het verkleinen van de kans op recidive.
Tot slot wordt € 126 mln ingezet om de publieke dienstverlening te versterken, zowel voor de kwantitatieve als kwalitatieve verbetering van de personeelscapaciteit.
In lijn met het beleid van afgelopen jaar wordt er ook in 2023 blijvend ingezet op de aanpak van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit. Er wordt vanuit het coalitieakkoord € 40 mln ingezet en ook politie (€ 63 mln), de Rechtspraak (€ 13 mln) en Dienst Justitiele Inrichtingen (€ 34 mln) krijgen extra middelen tot hun beschikking voor de aanpak van ondermijning. Verder wordt € 18 mln aan structurele middelen beschikbaar gemaakt voor de FIOD, de Belastingdienst en de Douane voor de bestrijding van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit.
Vanuit JenV wordt in EU-verband ingezet op heldere afspraken omtrent terugkeer, grensbewaking en het terugdringen van irreguliere migratie. In navolging van de oorlog in Oekraïne wordt er geïnvesteerd in het Nationaal programma Oekraïense Vluchtelingen (€ 130 mln), de opvang van ontheemden uit Oekraïne (€ 995 mln) en de doorstroom van migratie (€ 85 mln). Deze investeringen moeten zorgen voor meer opvangplekken en een snellere afhandeling van de asielprocedures.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Liesbeth van der Maat
Liesbeth van der Maat
In de Rijksbegroting voor 2023 is ruim € 9,3 miljard voor het ministerie van BZK begroot. Dit is hoger dan in de begroting van 2021, waar € 8.1 miljard werd opgenomen. De toename wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door maatregelen in de huurmarkt en uitgaven aan verduurzaming. Daarnaast worden er middelen uitgetrokken voor de digitalisering en dienstverlening van de overheid.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Selwyn Moons
In de begroting voor 2023 is € 12,9 miljard voor het ministerie van IenW begroot. Dit is een stijging ten opzichte van de begroting van 2022, waar € 11,1 miljard werd opgenomen. Naast middelen voor de klimaataanpak en energietransitie, maakt het kabinet ook extra middelen vrij voor de investeringen in de infrastructuur die volgen uit de opgave van het bouwen van nieuwe woningen.
De klimaatcrisis vraagt onder andere om een verandering in mobiliteit. Het kabinet wil mobiliteit slimmer en duurzamer maken, en investeert € 253 miljoen in de volgende maatregelen:
Daarnaast wil het kabinet de luchtvaart en binnenvaart verduurzamen door:
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Fons Kop
In de Rijksbegroting voor 2023 is € 16,9 miljard voor het ministerie van Buitenlandse Zaken begroot. Dit is meer dan in de begroting van 2021, waar € 14,0 miljard voor BZ werd opgenomen. Hiervan is € 13,0 miljard voor Buitenlandse Zaken en € 3,9 miljard voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Van het aandeel Buitenlandse Zaken is € 11,6 miljard opzijgezet voor effectieve Europese samenwerking.
Wereldwijde uitdagingen en geopolitieke aardverschuivingen beïnvloeden het Nederlandse buitenlandbeleid, zowel in 2023 als daarna. Het ministerie ziet nauwe samenwerkingen met partners en bondgenoten, zoals Europese samenwerking, als essentieel. Een leidende rol van Nederland is hiervoor nodig.
Het kabinet zet in op het versterken en eerlijker maken van de interne markt en het versnellen van de groene en digitale transities (de dubbele transitie). Het kabinet wil een voortrekkersrol nemen in de EU waarbij wordt samengewerkt met andere lidstaten en internationale partners om bij te dragen aan een slagvaardige, economisch sterk, weerbare en concurrerende Unie. Voor effectieve Europese samenwerking is € 11,6 miljard uitgetrokken.
Door veranderende machtsverhoudingen en instabiliteit rond Europa investeert het kabinet in toenemende mate in het militaire vermogen van de EU en een gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid (GVDB). Cyber Diplomatie is daarnaast prioriteit waarvoor in 2022 een nieuwe Internationale Cyberstrategie wordt gepresenteerd. Er wordt ingezet op een versterkte aanpak van grensoverschrijdende en ondermijnende criminaliteit waarbij een geïntegreerde aanpak en samenwerking in internationaal verband nodig is.
Nederland zet zich in om het krimpen van de democratische ruimte wereldwijd tegen te gaan. Dit vraagt om intensivering van de relatie met landen, buiten de EU en de NAVO, die waarden op het terrein van rechtsstaat en democratie delen. De bevordering van mensenrechten is een kernelement van het Nederlands buitenlandbeleid.
Het ministerie werkt naar een consulaire crisisorganisatie zodat Nederlanders snel en efficiënt de hulp en informatie krijgen die ze nodig hebben. Daarnaast zet het kabinet in op uitbreiding van de capaciteit op de posten. Voor deze versterking wordt in 2023 € 29 miljoen extra ingezet.
Voor het ministerie van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is € 3,9 miljard begroot. BHOS verdeelt de beleidsprioriteiten voor 2023 in drie categorieën:
Deze laatste categorie refereert aan de in juni gepubliceerde strategie voor BHOS “Doen waar Nederland goed in is”. Deze strategie is opgesteld naar aanleiding van het coalitieakkoord.
Het ministerie zet in op het effectief voortzetten van haar ontwikkelingssamenwerkingsbeleid en verhoogt het budget met € 300 miljoen in 2022 t/m 2024 en vanaf 2025 met € 500 miljoen. Daarnaast is besloten om structureel € 150 miljoen extra te besteden aan humanitaire hulp.
Het kabinet wil Nederlandse oplossingen inzetten voor wereldwijde uitdagingen, met daarin de nadruk op verduurzaming en digitalisering. Nederlandse kennis en kunde wordt gekoppeld aan uitdagingen omtrent verduurzaming en/of digitalisering in ontwikkelingslanden. De keuze om deze twee transities te koppelen komt voort uit de BHOS-strategie. Voor het initiëren van succesvolle initiatieven op dit gebied is extra budget vrijgemaakt, oplopend tot € 190 miljoen structureel.
Ten slotte geeft het ministerie aan te werken aan een aantal strategieën die volgen als verlengde van de BHOS-strategie: de Afrika Strategie, de internationale Klimaatstrategie, de Global Health strategie en de Grondstoffenstrategie.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Anton Koonstra
Anton Koonstra
Partner, Industry Leader Consulting Public Sector, Amsterdam, PwC Netherlands
+31 (0)65 150 10 46
In de begroting voor 2023 is bijna € 16 miljard voor het ministerie van EZK begroot. Dit is hoger dan in de begroting van 2022, waar € 8.1 miljard werd opgenomen. Het ministerie richt zich met name op de energietransitie en duurzame groei.
De Nederlandse economie is sneller dan verwacht hersteld van de Covid-19 pandemie. De steunpakketten van begin 2020 zijn inmiddels beëindigd. Inmiddels wijzen de economische vooruitzichten nog op groei, maar zijn omgeven met grote onzekerheden. Zo raakt de hoge inflatie, veroorzaakt door hoge energieprijzen, de koopkracht van iedereen. Volgens het CPB daalt de koopkracht in 2022 met 6,8 procent en herstelt de koopkracht deels in 2023 door tijdelijk beleid (koopkracht stijgt met 3,9% in 2023). Tegelijkertijd zorgt de krappe arbeidsmarkt dat de werkloosheid naar verwachting laag blijft. Na de hoge economische groei van 2021 en een deel van 2022, verwacht het CPB dat de groei in 2023 afzwakt tot 1,5%.
Om de gevolgen van de stijgende energieprijzen en de daarmee gepaard gaande oplopende inflatie voor burgers te dempen zet het kabinet de volgende maatregelen in:
Om het lange termijn verdienvermogen te borgen zet het kabinet in op een succesvolle en tijdige energie- en klimaattransitie.
Op het gebied van verduurzaming staat Nederland voor een ongekende transitie. Leveringszekerheid en onafhankelijkheid van Russisch gas en olie zijn belangrijke doelen, evenals het toewerken naar een duurzaam, fossielvrij en circulair Nederland in 2050:
Het kabinet stelt dat er diverse randvoorwaarden van belang zijn om Nederlandse welvaart ook in de toekomst te behouden:
Het kabinet wil de kansen die de digitalisering met zich meebrengt benutten. Daarom wordt in 2023 de samenwerking met Europese lidstaten versterkt. Ook wordt er geïnvesteerd in AI en cloud-technologie.
Er wordt blijvend ingezet op het zo snel en verantwoord mogelijk stoppen met de gaswinning in Groningen. Het kabinet blijft daarnaast inzetten op een vergoeding voor de schade en het versterken van huizen, Daarnaast wordt gewerkt aan nieuw toekomstperspectief voor de regio. Zo is er € 3 miljard gereserveerd voor de aanleg van de Lelylijn.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Gülbahar Tezel
Gülbahar Tezel
In de begroting voor 2023 is € 101,6 miljard voor het ministerie van SZW begroot. Dit is hoger dan in de begroting van 2022, waar € 94,6 miljard werd opgenomen. Naar verwachting stijgen de uitgaven aan Sociale Zaken de komende jaren verder, onder andere als gevolg van een stijging van de AOW- en WIA-uitgaven en de invoering van de inkomensafhankelijke kinderopvangtoeslag.
De Nederlandse economie heeft zich na de coronacrisis veerkrachtig getoond, waardoor het merendeel van de steunmaatregelen per 1 april 2022 is beëindigd. Ondertussen heeft Nederland te maken met nieuwe uitdagingen, zoals de toestroom van Oekraïners, krapte op de arbeidsmarkt en de hoge inflatie. Het kabinet heeft voor deze uitdagingen diverse maatregelen gepresenteerd.
De forse inflatie heeft een grote impact op de koopkracht van huishoudens. In 2023 worden daarom aanvullende koopkrachtmaatregelen van ruim € 15 miljard genomen. De belangrijkste maatregelen:
Het kabinet is van plan om de positie van flexibele werknemers in tijdelijke contracten, oproepcontracten en uitzendcontracten te verbeteren. De voorstellen van het kabinet zijn opgenomen in de hoofdlijnenbrief over de arbeidsmarkt die in juli 2022 naar de Tweede Kamer is gestuurd.
In 2023 wordt verder gewerkt aan de ambitie van het kabinet om de beoordeling van arbeidsrelaties te verduidelijken. Daarbij zal het kabinet met name inzetten op het tegengaan van schijnzelfstandigheid.
Er is een groot aantal subsidiemaatregelen voor duurzame inzetbaarheid, om- en bijscholing en ontwikkeladvies voor werknemers, zelfstandigen en werkzoekenden opgenomen in de begroting. Er is in 2023 onder andere ruim € 285 miljoen beschikbaar voor de uitbetaling van subsidies voor de STAP-regeling.
Het kabinet heeft het voornemen om het kinderopvangstelsel grondig te hervormen, met als doel een financieel toegankelijker stelsel met minder complexiteit en minder kans op terugvorderingen. Deze stelselhervorming zou ten goede van de arbeidsparticipatie van (met name) jonge ouders moeten komen. Per 2023 wordt onder andere de koppeling gewerkte uren (KGU) losgelaten. De KGU leidde tot te (hoge) terugvorderingen. Door het loslaten van de koppeling bestaat dan recht op kinderopvangtoeslag, onafhankelijk van het aantal gewerkte uren per maand.
In het kader van de hervorming van de kinderopvangtoeslag heeft het kabinet er voor gekozen om per 1 januari 2025 de inkomensonafhankelijke vergoeding voor de kinderopvangtoeslag vast te stellen op 96% (dit was 95% in het Coalitieakkoord).
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Bastiaan Starink
In de Rijksbegroting voor 2023 is ruim € 49,7 miljard voor het ministerie van OCW begroot. Dit is hoger dan in de begroting van 2022, waar € 48 miljard werd opgenomen. De toename wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de uitgaven aan het herstel van koopkracht van studenten en een structurele toename van de middelen voor het mbo.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Anton Koonstra
Anton Koonstra
Partner, Industry Leader Consulting Public Sector, Amsterdam, PwC Netherlands
+31 (0)65 150 10 46
In de begroting van 2023 is € 2,9 miljard voor het ministerie van LNV begroot. Dit bedrag is hoger dan in het jaar 2022 is begroot (€ 1.9 miljard). In de begroting ligt de nadruk op een integrale aanpak voor stikstof, water, klimaat en natuur.
Naast drie speerpunten, versterken natuur en biodiversiteit, een duurzame Nederlandse landbouw, tuinbouw en visserij, en brede welvaart in het landelijk gebied, richt LNV zich ook op de aanpak van de stikstofproblematiek. Om de uitstoot van stikstof te verminderen heeft LNV meerdere programma’s lopen en implementeert het ministerie een pakket aan maatregelen voor natuurbehoud en stikstofreductie. Voor de uitvoering van goedgekeurde gebiedsplannen natuurherstel heeft het kabinet € 24 miljard uit een Transitiefonds vrijgemaakt. Het geld wordt tot en met 2035 ingezet voor de aanpak van stikstof, water en klimaat in het landelijke gebied.
Voor de versnellingsaanpak is door provincies een pakket aangeleverd van voorstellen voor de integrale aanpak voor stikstof, klimaat en water. Hiervoor is € 504 miljoen vanuit het Transitiefonds naar de LNV begroting overgeheveld.
Vanuit het Klimaatfonds zijn extra middelen beschikbaar gekomen voor de transitie in de visserij, tot en met 2030 is hier in totaal € 199 miljoen. Met de garantstelling van 80% van € 70 miljoen aan het Nationaal Groenfonds trekt het Groenfonds extra geld aan voor de financiering van projecten die een bijdrage leveren aan de klimaatdoelstellingen van de sector Landbouw en Landgebruik. Het gaat hierbij om projecten die vanuit de reguliere markt geen lening kunnen ontvangen. Middelen uit het Klimaatfonds worden gebruikt om aan deze projecten marktconforme risicodragende financiering te verstrekken.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Gülbahar Tezel
Gülbahar Tezel
Industry Leader Publieke Sector PwC Europe en Nederland, PwC Netherlands
Tel: +31 (0)88 792 50 48