PGGM en de noodzakelijke herziening van ons pensioenstelsel

‘Hoe langer we wachten, hoe meer welvaart we weggooien’

De pensioendiscussie moet veel breder, vindt Jeroen de Munnik van uitvoerder PGGM. Anders dreigt het pensioen zoals we het nu kennen, ‘een voorziening te worden voor een happy few’.

Dat het Nederlandse pensioenstelsel moet worden herzien, is voor iedereen inmiddels wel duidelijk. Maar volgens de chief institutional business van PGGM, de in Zeist gevestigde uitvoeringsorganisatie voor onder meer iedereen die werkzaam is in de sector zorg en welzijn, gaat momenteel nog steeds te veel aandacht uit naar ‘de techniek’.

Betaalbaar houden

‘Vooral naar de parameters om het stelsel op de korte en middellange termijn betaalbaar te houden. Hoe gaan we om met de historisch lage rente, wat doet dit met de nominale garantie? Hoe houden we het betaalbaar nu vrijwel iedereen in mijn fonds vijf of tien jaar langer leeft dan we voorheen aannamen?

'Dat zijn belangrijke kwesties, maar ze mogen niet het zicht ontnemen op de andere domeinen die het bestaande systeem ondermijnen en om een structureel andere inrichting vragen’, aldus De Munnik.'

Jobhoppende populatie

‘Het bestaande systeem is gebouwd op de veronderstelling dat iemand die pensioen opbouwt, hooguit een of twee keer tijdens zijn loopbaan van werkgever verandert. Het systeem is er niet goed op berekend dat we nu te maken hebben met een jobhoppende populatie en dat veel functies eenvoudigweg ophouden te bestaan.

'Bovendien werken steeds meer mensen buiten een dienstverband, waardoor ze geen (of minder) gebruikmaken van collectieve voorzieningen en er voor hen ook geen cao-afspraken gelden.'

Langere levensverwachting

‘Terwijl de bovenkant van de fondspiramide topzwaar wordt door vergrijzing en een langere levensverwachting, is de opbouw aan de onderkant in sommige branches steeds onzekerder. Dat is de diepere oorzaak achter de solidariteitsproblemen die we overal om ons heen zien. En het maakt dat het pensioen, zoals we het nu kennen, een voorziening dreigt te worden voor een happy few.’

Volwassen worden

De pensioendiscussie moet daarom volwassen worden, vindt De Munnik. ‘Ze moet aansluiten bij hoe we de toekomst van onze welvaartstaat zien. Welke mate van toekomstbescherming past ons straks, gezien de demografische veranderingen die nog op ons afkomen en de andere eisen die volgende generaties aan hun toekomst stellen? We zien nu al dat de arbeidsverhoudingen anders komen te liggen en dat de traditionele rollen van de sociale partners wringen. Dan is alleen het aanpassen van het bestaande instrumentarium niet meer genoeg.’

Andere antwoorden

Van Munnik is van mening dat ‘we in feite getuige zijn van het heruitvinden van het Rijnlandse model’, waarin de overheid veel taken op zich neemt en waarop de Nederlandse welvaartstaat is gebaseerd. ‘Daar kun je en mág je de ogen niet voor sluiten. De politiek moet hierin het voortouw nemen, en – nu het Algemeen Pensioenfonds (zie kader, red.) er is – niet voldaan achterover leunen in de veronderstelling dat dit is opgelost.’

'Maar ook wij, als pensioensector, moeten met andere antwoorden komen.'

Verzekerd van zorg

De zoektocht naar die antwoorden is PGGM al enige tijd geleden begonnen. Zo denkt de pensioenuitvoerder na of pensioenuitkeringen straks niet anders kunnen. Bijvoorbeeld door ze deels uit te keren in de vorm van een garantie dat de pensioengerechtigde altijd verzekerd is van hoogwaardige huishoudelijke hulp of zorg. Of door het overnemen van (een deel van) de hypotheek, zodat op latere leeftijd een extra kapitaalaanvulling mogelijk wordt en mensen toch in hun huis kunnen blijven wonen.

Welvaart overboord

De Munnik: ‘Het verstrekken van kredieten door pensioenfondsen in eigen land is sowieso een interessant vraagstuk. In veel landen staat het fondsen vrij om dat onbeperkt te doen. In Nederland ligt het anders. De Pensioenwet schrijft ons tot in detail de gewenste risicospreiding voor. Dat zorgt er mede voor dat we een groot deel van onze 1400 miljard aan pensioenvermogen in het buitenland beleggen, en dat onze banken voor hun funding ook weer naar het buitenland moeten. Ik vind dat daarin een andere balans moet worden gevonden. Zulke fundamentele ingrepen hebben ook haast’, vindt de PGGM-bestuurder. ‘Elk jaar dat we langer wachten, gooien we welvaart overboord.’

Solidair zijn

Om een volgende stap te kunnen maken, moeten we op een andere manier leren kijken naar het begrip solidariteit. ‘Het wordt nu nog benaderd vanuit het perspectief van de jongere die nú meer moet betalen om straks mogelijk minder te krijgen. Als je het zo presenteert, is het logisch dat jongeren niet meer pensioen willen opbouwen. We moeten ze kunnen uitleggen wat voor hen straks de waarde is als ze nu solidair zijn. Dat hun pensioengeld ook wordt besteed aan de opbouw van een samenleving waarin zij graag oud willen worden.’

Op maat maken

De grootste fout die volgens de PGGM-bestuurder gemaakt kan worden, is dat Nederland zich rijker rekent dan het in werkelijkheid is. ‘De algemene opinie is dat wij een zak pensioengeld hebben en de rest niet. Dus waar zouden we ons zorgen om maken? Maar dat is maar ten dele waar.’

‘Bovendien zit veel toekomstvermogen vast in assets die niet onmiddellijk zijn vrij te maken en gevoelig zijn voor economische fluctuaties. Ook om deze reden is het noodzakelijk dat we ons stelsel op maat maken voor de toekomstige ontwikkelingen.’

'Als je onze gezamenlijke woningbezit en hypotheekschuld meeneemt, en je je realiseert hoeveel van deze schulden nog onder water staan, ziet de eindbalans er heel wat minder gunstig uit.'

De meest gestelde vragen over het APF

Door het invoeren van het Algemeen Pensioenfonds (APF) is de herziening van ons pensioenstelsel weer een stap verder. Kleine ondernemingspensioenfondsen kunnen de te duur geworden uitvoering en het beheer onderbrengen in een door een professionele uitvoeringsorganisatie gerunde APF. Dat is goed voor de noodzakelijke consolidatie in de pensioenwereld en daarmee goed voor de deelnemers. Zij krijgen tegen lagere uitvoeringskosten meer zekerheid dat hun pensioentegoeden goed worden beheerd.   

Hoe werkt het?

Het Algemeen Pensioenfonds is sinds 1 januari van dit jaar de wettelijke toegestane nieuwe juridische entiteit voor pensioenen zonder winstoogmerk. Meerdere kleine fondsen zijn in een APF onder te brengen. Door ringfencing blijven de fondsen van elkaar gescheiden en kan de door de deelnemers gevraagde handhaving van de eigen identiteit en voorwaarden worden gegarandeerd. Het toezicht ligt per fonds bij het zogenoemde belanghebbendenorgaan, waarin ook vertegenwoordigers van de deelnemers zitting hebben.

Voor welke fondsen is een APF aantrekkelijk?

Vooral voor kleinere fondsen, in de praktijk meest ondernemingspensioenfondsen en niet-verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen. Veel van deze fondsen kunnen de extra investeringen die nodig zijn om te kunnen voldoen aan de aangescherpte wettelijke eisen op het gebied van pensioengovernance en vermogens- en risicobeheer, niet op eigen kracht opbrengen. Tot voor kort was het enige alternatief voor hen om het pensioencontract bij een verzekeraar onder te brengen of te fuseren.

Wat zijn de voordelen?

Het belangrijkste voordeel is dat kleine fondsen via het APF kunnen terugvallen op een beter geoutilleerd en professioneel gerund ondersteuningsapparaat. Dat zorgt voor een kwalitatief beter vermogens- en risicobeheer en voor een vermindering van de uitvoeringskosten. Uit onderzoek van PwC bleek eerder dat veel kleine fondsen door gebrek aan volume soms wel drie maal zoveel kosten per deelnemer maken als de 70 euro die PGGM bijvoorbeeld gemiddeld per pensioendeelnemer kwijt is.

Zal het stormlopen?

Niet direct. De overstaptijd wordt bepaald door de looptijd van de bestaande pensioencontracten. Wel merken PwC en PGGM dat er veel belangstelling is voor de nieuwe oplossing. De toeloop zal vooral komen van OPF’s en van verzekerde contracten. Pensioenverzekeraars hebben de afgelopen jaren een geschatte 3,5 miljard verlies afgeschreven op dit deel van hun portefeuille en dat betekent een forse premieverhoging (gefluisterd wordt tot 50 procent) voor veel pensioendossiers na oversluiting. Dan wordt een overstap naar een APF in veel gevallen een nog interessanter alternatief.

Waarmee kan PwC u helpen?

Als u geïnteresseerd bent in een APF, kunnen onze specialisten allereerst een haalbaarheidsstudie uitvoeren. Verder kunnen wij u helpen bij het opzetten van een juridische structuur en bij het uiteindelijke fusieproces.

Contact

Ronald Doornbos

Ronald Doornbos

Partner, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)6 50 89 18 44

Volg ons