De rol van de accountant in de strijd tegen witwassen

18/01/22

In gesprek met stakeholder Hans van der Vlist, oud-directeur FIOD

Volgens Hans van der Vlist, oud-directeur van de FIOD, is het geen slecht idee als accountants in de controleverklaring iets rapporteren over fraude als daar aanleiding voor is. ‘Als dat leidt tot meer aandacht voor dat thema, is dat mooi meegenomen. Maar voordat je het in nieuwe regels zoekt, zou ik eerst goed kijken of het binnen de bestaande regels niet beter kan. Ik denk dat accountants meer bereiken met een wat andere opvatting van hun werk. Ik zou zeggen: ken je klant, ken de omgeving waarin je klant opereert en ga meer vooruitkijken.’

Voor het PwC-magazine Spotlight spraken Hugo van den Ende en Jan-Kees Janse met Hans van der Vlist over de resultaten van de huidige witwasaanpak, de kritiek die daarop bestaat en over de vraag hoe accountants hun rol als poortwachter van het systeem beter kunnen vervullen. Sinds zijn vertrek in 2020 bij de FIOD werkt Van der Vlist als adviseur van de minister van Financiën. Hij is onder meer betrokken bij het opstellen van een nieuw plan van aanpak voor de witwasbestrijding en lid van de expertgroep voor de werkgroepen Fraude en Continuïteit van de NBA.

Er is de nodige kritiek op het huidige witwasbeleid. Vooral op het feit dat de FIOD met verreweg de meeste meldingen over verdachte transacties niets zou doen, terwijl banken naar eigen zeggen twaalfduizend mensen in dienst hebben om die beter te kunnen monitoren. Wat vindt u van die kritiek?

‘Als ik het scherp zeg, is dat een weinig- tot nietszeggende flard die alleen betrekking heeft op een detail aan het eind van een proces. Vanaf 2011 is de FIOD zich gaan richten op de aanpak van witwassen, corruptie en cyberfraude en daar is, mede omdat we crimineel vermogen zijn gaan afpakken, ook meer geld voor beschikbaar gekomen. Het eind van het liedje is dat de FIOD nu circa 1.700 medewerkers heeft - in mijn begintijd waren dat er ongeveer duizend – en het aantal mensen dat zich nu bezighoudt met het bestrijden van witwassen en fraude is een veelvoud van wat het toen was.’

‘Ook kwalitatief zijn we naar een heel ander niveau gegaan: we hebben specialistische kennis en analyse toegevoegd in het Anti Money Laundering Centre, we maken gebruik van nieuwe technologie en we hebben internationale samenwerkingen opgezet. Dat zijn heel grote veranderingen geweest en het effectdenken is bij de FIOD nu helemaal ingebakken.’

 

Hebben al die veranderingen ook geleid tot lagere witwasvolumes?

‘Onderzoek laat zien dat witwasvolumes over de jaren heen tamelijk constant blijven. Dat betekent niet dat alle verbeteringen in de aanpak geen resultaat hebben gehad. Het is best mogelijk dat die volumes veel groter waren geweest zonder die ingrepen, maar dat weet ik niet. In elk geval maken we het wel steeds moeilijker om witwasconstructies op te zetten in Nederland, en dat alleen al zou als het goed is op termijn moeten leiden tot een daling van de omvang.’

De FIOD krijgt behalve van banken ook meldingen van accountantsorganisaties. Het gaat om een zeer klein deel van het totale aantal, maar wat is uw beeld van de kwaliteit van die meldingen?

‘Als de vraag is of er in mijn ervaring veel onderzoeken gestart zijn naar aanleiding van meldingen door accountants, is het antwoord echt nee. Accountants kijken ook altijd terug natuurlijk en nog niet zo heel ver vooruit. Het gaat ook om de kwaliteit van de meldingen, met meldingen over losse transacties kunnen we meestal niet zoveel.’

‘Maar kijk eens naar wat banken zijn gaan doen op het gebied van transactiemonitoring en know your customer-controles. Voor zover ze dat mogen, voeren ze die nu gezamenlijk uit. In gesprekken met accountantsorganisaties heb ik wel eens half plagerig, half serieus gevraagd of dat niet ook iets voor hen zou zijn. Ik weet dat er van alles speelt rondom concurrentie en gegevensbescherming, maar dat is voor de banken niet anders.’

Accountants lopen inderdaad ook aan tegen moeilijkheden rondom het krijgen en delen van informatie, onder meer omdat ze aan geheimhouding gebonden zijn. Het zou goed zijn als er in de witwaswetgeving aanpassingen zouden komen die meer ruimte bieden voor dit soort informatiedeling.

‘Zeker. Bij het opstellen van het huidige plan van aanpak hadden de banken vergelijkbare problematiek en wensen, en op een aantal punten zijn de mogelijkheden toen verruimd. Maar dit soort voorstellen leidt ook altijd tot veel discussie, kijk maar naar de Wet gegevensverstrekking door samenwerkingsverbanden.’

‘Maar hoe je nieuwe regels ook precies formuleert, er zal altijd een dilemma tussen privacy en informatie-uitwisseling blijven bestaan. Wat kan helpen is het inzetten van technologie waarmee je veel gerichter kunt kijken en waarbij je ook veel gerichter kunt beschrijven voor welke gevallen je die inzet.’

Het zou accountants helpen als we bewijzen of zelfs vermoedens van fraude kunnen delen met andere partijen waarvoor die informatie relevant is. Nu laten ze dat vaak door klanten zelf doen, als onderdeel van een plan van onderzoek en remediation waar we om vragen.

‘Dat is een mooie rol voor accountants, klanten op het spoor zetten om zelf onderzoek te doen en corrigerende maatregelen te nemen. Zo'n onderneming zit met iets waar ze vaak ook zelf vanaf willen. Bij corruptie is dat heel duidelijk zo, dat is meestal geïmporteerde ellende die bij de voordeur niet goed is opgemerkt. Dus in veel gevallen is ook op die manier al winst te boeken. De vraag is wel, en ik weet dat daar veel discussie over is, wat je in dit soort situaties als accountant moet rapporteren over fraude en continuïteit.’

Wat vindt u überhaupt van de gedachte om in de controleverklaring iets te rapporteren over fraude als daar aanleiding voor is?

‘Als dat leidt tot meer aandacht voor dat thema, dat mooi meegenomen, kun je zeggen. Maar of rapportering over fraude in de controleverklaring een goed middel is om dit te bereiken, of dit gezien alle verplichtingen die er al zijn een goede aanvulling is en toegevoegde waarde heeft, kan ik niet goed beoordelen.’

‘Over het algemeen ben ik heel praktisch ingesteld. Voordat je het in nieuwe regels zoekt zou ik eerst goed kijken of het binnen de bestaande regels niet beter kan. Nieuwe wetgeving levert in ieder geval een hoop gedoe op, maar als er niets verandert in het gedrag bereik je ook daarmee nog steeds heel weinig. Ik denk dat accountants meer bereiken met een wat andere opvatting van hun werk. Ik zou zeggen: ken je klant, ken de omgeving waarin je klant opereert en ga meer vooruitkijken. Dat kan met meer diepgang en specifieker dan nu over het algemeen gebeurt. Daar hoort nog bij het eerder inschakelen van specialisten zoals forensisch accountants, ook dat levert soms enorme winst op.’

Lees het hele interview met Hans van der Vlist

Contact

Hugo van den Ende

Global Accounting Consulting Services, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)65 364 51 09

Jan-Kees Janse

Partner, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)622 94 34 79

Volg ons