21/09/23
Dit artikel is voor het laatst bijgewerkt op 9 januari 2024.
Belastingrente wordt berekend wanneer de Belastingdienst in de definitieve aanslag afwijkt van het belastingbedrag dat u in eerste instantie heeft aangegeven en betaald. Moet u bijbetalen dan wordt belastingrente in rekening gebracht. Krijgt u belasting terug, dan krijgt u belastingrente vergoed. Per 1 januari 2024 geldt er een nieuw systeem voor het vaststellen van de percentages van de belasting- en invorderingsrente.
Het kabinet heeft op Prinsjesdag in een Kamerbrief aangekondigd dat er per 2024 een nieuw systeem zou komen voor het vaststellen van de percentages voor de belastingrente. Doel van het nieuwe systeem is om de verschillen tussen de belastingrente voor de vennootschapsbelasting en bronheffing enerzijds en de belastingrente voor de inkomstenbelasting en andere belastingen (overige belastingmiddelen) anderzijds te verkleinen. De rentepercentages worden voortaan eenmaal per jaar vastgesteld, gebaseerd op de laatst gepubliceerde ECB-rente voor 31 oktober van dat jaar en treden in werking per 1 januari van het daaropvolgende jaar (voor het eerst dus per 1 januari 2024).
Onder de nieuwe systematiek wordt de belastingrente voor de Vpb, de bronbelasting en de solidariteitsbijdrage vastgesteld op de ECB-rente voor basisherfinancieringstransacties, vermeerderd met 5,5 procentpunt, afgerond op halve procentpunten en met een minimum van 5,5 procent.
Op 26 oktober 2023 heeft de Raad van Bestuur van de Europese Centrale Bank besloten het rentepercentage voor basisherfinancieringstransacties (ongewijzigd) vast te stellen op 4,5 procent. Op basis van de systematiek bedraagt de belastingrente voor de vennootschapsbelasting, bronbelasting en solidariteitsbijdrage met ingang van 1 januari 2024 10 procent (namelijk 4,5 procent ECB-rente plus 5,5 procent).
De belastingrente voor overige belastingmiddelen (waaronder de inkomstenbelasting, loonbelasting, btw, dividendbelasting) wordt vastgesteld op de ECB-rente voor basisherfinancieringstransacties, vermeerderd met 3 procentpunt, afgerond op halve procentpunten en met een minimum van 4,5 procent. Na het bovengenoemd besluit van de Raad van Bestuur van de Centrale Bank bedraagt de belastingrente voor de inkomstenbelasting en overige belastingen 7,5 procent met ingang van 1 januari 2024 (namelijk 4,5 procent ECB-rente plus 3 procent).
Per 1 januari 2024 bedraagt het percentage voor toeslagen 4 procent.
De invorderingsrente voor alle belastingmiddelen en toeslagen bedraagt per 1 januari 2024 4 procent. Hiervoor is voorlopig gekozen om uitvoeringstechnische redenen. Er wordt nog bezien hoe ook de invorderingsrente opnieuw kan worden vormgegeven (door een volgend kabinet).
Het is ook de bedoeling om het belastingrentesysteem verder te bezien. Daarvoor worden scenario’s uitgewerkt voor het volgende kabinet.
Belastingrente wordt berekend wanneer de Belastingdienst in de definitieve aanslag afwijkt van het belastingbedrag dat in eerste instantie is aangegeven en betaald. Moet u bijbetalen dan wordt belastingrente in rekening gebracht. Krijgt u belasting terug, dan wordt mogelijk aan u belastingrente vergoed. Voor de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting begint de termijn waarover de belastingrente wordt berekend te lopen vanaf zes maanden na afloop van het kalenderjaar, respectievelijk boekjaar waarop de belasting betrekking heeft. Voor de btw en loonbelasting geldt dat u belastingrente betaalt op een door de Belastingdienst opgelegde naheffingsaanslag (dus wanneer blijkt dat er te weinig btw of loonbelasting is aangegeven en afgedragen).
Het rentesysteem voor belastingrente kent twee verschillende rentepercentages. Voor de vennootschapsbelasting en bronbelasting geldt een ander percentage dan voor de overige belastingmiddelen en invorderingsrente.
In een eerdere Kamerbrief van 26 juni 2023 is al duidelijkheid gegeven over de hoogte van de belastingrente voor de periode tot 1 januari 2024.