HvJ: Compensatie aan provider bij voortijdige beëindiging telecomcontract is btw belast

16/06/20

Het Hof van Justitie EU heeft in de zaak Vodafone Portugal (C-43/19) beslist dat bedragen die een consument moet betalen wanneer hij de afgesproken abonnementsperiode niet uitzit, onder voorwaarden belast zijn met btw.

Het Hof beslist dat de provider, Vodafone Portugal, voor deze bedragen een btw-dienst tegen vergoeding verricht en dat dus geen sprake is van een onbelastbare schadevergoeding.

Om welke bedragen gaat het in de Vodafone Portugal-zaak?

De betreffende consumenten sloten met Vodafone Portugal contracten af met een bepaalde minimumduur in ruil voor allerlei voor hen voordelige voorwaarden. Zij moesten dan wel bij voortijdige beëindiging aan Vodafone Portugal bedragen betalen die volgens een contractueel vastgestelde formule waren vastgesteld.

De formule was gebaseerd op de door de provider gemaakte kosten voor de exploitatie. Die bedragen kwamen in dit geval niet automatisch overeen met de standaard termijnen of bedragen die de dienstverrichter zonder de beëindiging van de overeenkomst zou hebben ontvangen gedurende de rest van de minimum contractduur.

De Portugese belastingdienst moet nu dus (ook) btw innen over deze bedragen.

Wat is het verschil met de eerdere MEO-zaak?

Het Hof heeft al eerder (zaak HvJ EU 'MEO – Serviços de Comunicações e Multimédia SA’, C-295/17) beslist dat btw verschuldigd is over de compensatie die de consument aan de provider verschuldigd is bij voortijdige beëindiging van het telecomcontract.

Het compensatiebedrag was in dat geval wel gelijk aan het bedrag dat het telecombedrijf gedurende de resterende minimum contractduur toch al zou hebben ontvangen indien de overeenkomst niet voortijdig zou zijn beëindigd.

Die omstandigheid – dat in feite altijd, beëindiging of niet, hetzelfde bedrag in rekening werd gebracht – leek in het oordeel van het HvJ EU een belangrijke rol te spelen, hetgeen de aanleiding gaf tot de vragen in de Vodafone Portugal zaak. Nu blijkt dat ook als het te betalen bedrag bij beëindiging lager is dan bij het normaal uitdienen van het contract dit niet tot een andere conclusie leidt.

Bedragen die onder de noemer schade, boete of compensatie worden betaald

Voor de heffing van btw speelt het geen belangrijke rol dat bedragen niet berekend worden voor een 'echte' dienst, zoals telecom of vliegvervoer. Het is verder niet doorslaggevend dat die bedragen in feite alleen berekend zouden worden om te voorkomen dat klanten het contract niet naleven en schade of kosten compenseren die bij niet-naleving wordt geleden. Ook is van ondergeschikt belang dat bijvoorbeeld volgens het nationale (consumenten)recht sprake is van een boete. De btw-regels kijken hier op een bepaalde manier doorheen. Het Hof van Justitie beoordeelt een situatie voor de btw namelijk vaak vanuit het oogpunt van de economische en commerciële realiteit en interpreteert het verband tussen de vergoeding en de dienst ruim. Hoe dit in een praktijksituatie uitpakt is voor ondernemers niet altijd te voorspellen.

Uit het Vodafone Portugal-arrest is af te leiden dat indien de compensatie economisch gezien kan worden aangemerkt als (aanvullende) betaling voor de reeds verrichte prestatie, in beginsel sprake is van een belastbare vergoeding. Een niet belastbare schadevergoeding lijkt gezien de zaak HvJ EU 'Société Thermale d’Eugénie-les-Bains' (C-277/15), met name aan de orde als de compensatie betaalbaar is indien de prestatie (in dat geval een hotelovernachting) uiteindelijk in het geheel niet wordt verricht.

Wat betekent dit mogelijk voor u?

Het toepassen van de EU btw-regels voor bedragen die betaald worden bij gedeeltelijke of gehele niet afname, blijft in de praktijk, en dus ook in Nederland, vaak lastig. Uit het nieuwe Vodafone Portugal-arrest is af te leiden dat indien de compensatie economisch gezien kan worden aangemerkt als (aanvullende) betaling voor de reeds verrichte prestatie, in beginsel sprake is van een belastbare vergoeding. Er zijn ook situaties denkbaar waarin btw-heffing achterwege blijft.

Uit onderhavig arrest blijkt andermaal dat het niet eenvoudig is de scheidslijn te trekken tussen een belastbare vergoeding voor een prestatie en een onbelastbare schadevergoeding. Het aanmerken van een betaling als onbelastbare schadevergoeding zal voor de dienstverrichter uiteraard voordelig uitpakken, omdat uit de betaling dan geen btw verschuldigd is.

Wij raden u aan uw specifieke situatie met uw adviseur te bespreken om de mogelijkheden in kaart te brengen.

Contact

Simon Cornielje

Simon Cornielje

Partner, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)65 387 92 81

Volg ons